In 2018 veranderde in één klap de opinie ten opzichte van wegwerpplastic. Aanleiding was David Attenboroughs BBC TV-serie Blue Planet 2, waarin verbluffende beelden van de prachtige onderwaterwereld werden afgewisseld met schokkende beelden van plastic in de oceaan. We zagen zeedieren die een pijnlijke hongerdood stierven door het inslikken van kleine microplastics, zogenaamde nurdles*. Ook zagen we beelden van de enorme plastic soup. Sindsdien zijn facebookgroepen over hoe je plasticvrij kunt leven enorm gegroeid, hebben bedrijven als Starbucks plastic rietjes verboden en zijn er landen die plastic zakjes volledig in de ban hebben gedaan. In het geval we denken dat dit puur een westerse rage is, is het het vermelden waard dat Rwanda het eerste land was dat plastic tasjes volledig verbood.
Ook veel christenen zijn actief in hun pogingen om met minder plastic afval te leven, maar toen ik online zocht, vond ik heel weinig theologische reflectie over de plaats die plastic in ons leven is gaan innemen. En, in geval van enige verwarring, bedoel ik met ‘plastic theologie’ niet theologie die goedkoop of ‘wegwerpbaar’ is! Nee, ik wil juist nadenken over de geestelijke kracht en het belang van iets dat nog maar zeer korte tijd in de menselijke geschiedenis bestaat, maar alomtegenwoordig is geworden en waarvan we allemaal afhankelijk zijn.
Theologie begint met God als Schepper, dus ons uitgangspunt is dat de grondstoffen waaruit plastic wordt gemaakt deel uitmaken van Gods ‘zeer goede’ schepping. Plastic is zo enorm in trek omdat de toepassingsmogelijkheden oneindig zijn en er geen chemische reacties bij gebruik plaatsvinden. Zo heeft plastic z’n weg naar elk onderdeel van het moderne leven gevonden. Net als brood en wijn centraal staan bij het Avondmaal, is plastic de ‘vrucht van de aarde en werk van mensenhanden’ [1].
Dat is echter niet het einde van het verhaal. Brood kan bederven en kan symbool staan voor ongelijkheid en onrecht. Overmatig gebruik van wijn kan schadelijk zijn. Zo is het ook met plastic: het is op zichzelf niet slecht, maar de toepassing en de mate waarin we het gebruiken, kan dat wel zijn. Plastic, en met name wegwerpplastic, staat symbool voor onze gemakzucht, onze verslaving aan ‘meer’ en ‘nieuw’, onze onverzadigbare kooplust, onze afhankelijkheid van technologie en onze nonchalante productie van afval. Allemaal symptomen van een diepgaande geestelijke ziekte en ontwrichting van wat het betekent om mens te zijn. We zijn gemaakt om in relatie met God, onze medemens, de schepping en onszelf te staan. En toch schaadt de manier waarop we plastic gebruiken al deze relaties. Laat het me uitleggen…
Plastic vormt de kern van een materialistische consumptiecultuur, waarin God gereduceerd wordt tot een persoonlijke feel-good ervaring en waarin we de afgoden die we aanbidden, zoals gemak, plezier, zelfontplooiing en onmiddellijke behoeftebevrediging, negeren. Net als het plastic afval dat we weggooien en vergeten, negeren we de Bijbelteksten die ons uitdagen om zonder luxegoederen [2] te leven en eerst Gods koninkrijk te zoeken [3]. Ook komen er met de productie en verbranding van plastics kankerverwekkende stoffen vrij [4] die onze gezondheid aantasten. Met name de gezondheid van de allerarmsten loopt gevaar omdat zij vaak in de buurt van chemische fabrieken wonen en veelvuldig met giftige materialen in aanraking komen. Maar net als bij tabak en klimaatverandering, ontkennen machtige bedrijven de risico’s; een levendig voorbeeld van de heersers en machthebbers van de duisternis [5] van vandaag de dag. En wat de schepping van God betreft, we zien overal de gevolgen van ons zondige, overmatige misbruik terug in de verwoestende effecten op de natuur. VN-secretaris-generaal António Guterres zei onlangs: ‘Onze wereld wordt overspoeld door schadelijk plastic afval. Van afgelegen eilanden tot het noordpoolgebied, nergens is er meer ongerepte natuur te vinden. Als de huidige trend doorzet, bevatten onze oceanen straks in 2050 meer plastic dan vis.'[6]
Bovendien wordt het grootste deel van plastic gemaakt van petrochemische polymeren en monomeren die worden gewonnen uit olie en aardgas (hoewel ze ook uit planten kunnen worden gemaakt). Een theologie van plastic zou daarom ook moeten gaan over ons gebruik van fossiele brandstoffen en hun impact op klimaatverandering en vervuiling van lucht, bodem en water.
Net zoals het proberen te leven met minder plastic een lange en moeizame weg is, is voor het ontwikkelen van een ‘plastic theologie’ veel meer nodig dan een korte blog als deze. Maar de sleutel is om gewoon te beginnen en niet te stoppen als het moeilijk wordt. Ik ben ervan overtuigd dat theologie het beste tot z’n recht komt in de context van aanbidding en gemeenschap. Bid daarom dat God je Zijn hart laat zien met betrekking tot de plaats van plastic in je leven, blijf plastic theologie bespreken met bijvoorbeeld je bijbelstudiegroep of in de kerk, en geef mij wat feedback. Ik wil niet dat deze blog voor eenmalig gebruik en dus ‘wegwerpbaar’ is.
Vertaald door Jacolien Vreugdenhil – A Rocha Nederland
Voetnoten
[1] Deze uitdrukking is afgeleid van een Joodse zegen en wordt gebruikt in katholieke en sommige anglicaanse liturgieën tijdens eucharistie / heilige communiediensten.
[2] bijv. Matteüs 19: 16–26
[3] Matteüs 6:33
[4] Brandt-Rauf PW, Li Y, Long C, Monaco R, Kovvali G, Marion M-J. (2012) Plastics and carcinogenesis: The example of vinyl chloride. Journal of Carcinogenesis. 2012; 11: 5. doi: 10.4103 / 1477-3163.93700.
[5] Efeziërs 6:12
[6] The Independent: World Environment Day: Planet is being ‘swamped’ by plastic waste, says UN chief
* nurdles zijn piepkleine plastic deeltjes die je kunt scharen onder de familie ‘microplastics’, en in het rijtje ‘microbead’, ‘microfiber’ en ‘nanoplastic’; allemaal superschadelijk. In tandenborstels, tandpasta, shampooflessen of telefoon: overal worden nurdles (ook wel raw material for plastics) voor gebruikt.