Vandaag toont Facebook mij een foto van vier jaar geleden: de rijen perenbomen tegenover ons huis stonden toen begin april al in volle bloei. Dat is dit jaar wel anders, door de kou is er nog geen bloesempje te zien. Maar dat zal weldra veranderen en dan stap je hier in de Zak van Zuid-Beveland voor je lol op de fiets. Want de bloeiende appel- en perenboomgaarden zijn een lust voor het oog en de hordes fietsende toeristen die langs ons huis trekken genieten er duidelijk van.
Over fietsen gesproken, dat doe ik hier dus veel te weinig. Want alles is ver weg. Naar de bieb of de tandarts? 10 kilometer. De supermarkt? Idem. Station? Alleen met de auto te bereiken. Ook onze zoon wordt elke dag met de auto naar school gebracht (17 kilometer) door echtgenoot die in dezelfde plaats werkt. Als ik zelf de rit naar school maak, combineer ik dat altijd met duizend andere dingen: de bibliotheek dus, en de kaasboer, waar ik ook eieren en yoghurt koop, de appel- aardappel- en uienboer daar tegenover, en de bakker als laatste. Uiteindelijk kom ik thuis met een chagrijnig kind en een tas vol lokaal geteelde boodschappen. Want ook het brood bij de bakker is gebakken van Zeeuwse tarwe. Daar komt nog een wekelijks groentepakket bij van de biowinkel in Kruiningen, die ernaar streeft de groente zoveel mogelijk uit de buurt te halen.
Goed bezig, die Theanne, denken jullie nu natuurlijk. En wat heerlijk om op het platteland te wonen met al die lokaal geteelde producten. Nou…ik weet het niet. Ik bewaar, als zzp’er, elk jaar mijn benzinebonnen en dan kleeft er toch nogal wat brandstof aan mijn lokaal geteelde appels en de eieren van de boer. Leven op het platteland is leuk en lijkt groen, maar ik maak hier veel kilometers dan toen ik nog in de grote stad woonde.
En stel nou dat ik afvalvrij zou willen leven. Dat lijkt me nou oprecht leuk. Dan moet ik met de auto op zaterdagochtend naar de markt (dus niet te combineren met school) om daar mijn zakjes, potjes en tasjes omhoog te houden teneinde koek, rozijnen, noten en anderszins verpakkingsvrij te kunnen kopen. Dan heb ik dat ge-afvalbespaar toch weer helemaal teniet gedaan met mijn CO2-uitstoot? Zonde, die auto.
Over zonde gesproken: Ons huis wordt verwarmd met hout (lokaal gekapt) en niet of nauwelijks met gas uit Groningen. Echtgenoot is een fervent (en kundig) houtstoker. Deugt dat of deugt dat niet? We hebben dan wel zo’n speksteenkachel met bijna nul fijnstof-uitstoot (zeggen ze) maar tegenwoordig is houtstoken toch echt notdone.
Nog een biechtpuntje: we gaan binnenkort op vakantie naar Israël. Met het vliegtuig uiteraard… Dat is een lang gekoesterde wens van ons en eindelijk komt het ervan. Veel zin in. Maar vliegen mag al helemaaaaal niet meer als je van de groene bent. “Doen jullie dat? Dat mag toch niet?” hoor ik regelmatig.
“Ach wat!”, roept echtgenoot. “Ik heb op mijn land (een hectare, zie www.tijdenvanverademing.nl) al duizend bomen geplant. Dui-zend in tien jaar tijd! Daar kunnen we de wereld van rond vliegen. En de kilometers van jouw lokaal geteelde boodschapjes compenseer ik ook al jaren met Climate Stewards. Ze moeten niet zeuren!”
Waarvan akte.